Extra informatie over de structuur

Hoofpersonage: Het hoofdpersonage is een round character want doorheen het verhaal heeft  hij wisselend karakerstemmingen en hij evoulueert ook qua karakter doorheen het verhaal.

Spanning: Hier gebruikt de auteur literaire spanning, hij bouwt de spanning op hoe meer het verhaal vordert. Hij geeft beetje bij beetje informatie vrij van wie het gedaan heeft.

De Ruimte: In dit verhaal is er geen enkele ruimte die een symbolische betekenis heeft. Het verhaal speelt zich af in en rond Brussel. Sommige fragmenten spelen zich ook af in Nederland, Rotterdam.

De ontknoping

Ik kom thuis en plof op de zetel, de zaak is nog niet opgelost maar er  is wel veel gebeurt. Hubert Devroe is opgepakt, hij wil nog niks zeggen tot ik de pers bel en er morgenvroeg een krantenartikel in de gazet staat dat hij Sylvie heeft vermoord. Dus gisternamiddag waren Vercammen en Feremans bij het huis van Devroe aan het wachten tot er terug beweging kwam. Feremans was juist naar het toilet toen er schoten te horen waren, afkomstig van het huis. Vercammen ging vliegensvlug naar het toilet waar Feremans was, hij zei dat hij direct moest komen en ging toen naar buiten. Jonas Vercammen ging voorzichtig naar binnen. Hij was juist binnen toen er op hem geschoten werd hij schoot terug en er was een luidde gil te horen. Een voltreffer dacht hij, het was waar er lag iemand onbeweegloos op de grond. Hij hoorde iemand naar boven lopen en ging er achter aan. Boven op de trap sloop hij naar een kamer toen hij ineens iets vochtigs over hem kreeg, hij rook benzine en proefde dan ook benzine. Feremans kwam aangelopen toen hij iemand heel hoog hoorde gillen, Vercammen dacht hij. Hij ging naar binnen toen er op eens vlammen opkwamen. Er lag iemand onder aan de trap, Vercammen dacht hij. Feremans trok zo snel mogelijk zijn jas uit en probeerde de vlammen op Vercammen te doven, toen het eindelijk gelukt was kreeg hij bijna geen adem meer, hij sleepte Vercammen naar buiten toen hij ineens iemand zag die aan een stoel gebonden was. Toen hij Vercammen had buitengedragen ging hij terug naar binnen om Philipe Lejeune te redden.

Devroe was dus ontsnapt, Lejeune leefde nog en Helmont was dood. Jonas Vercammen was heel zwaar verbrand maar buiten levensgevaar.Die avond was Devroe binnengeslopen in het tehuis Madelief waar Sylvie mooi lag te slapen. Hij had geprobeerd Sylvie te vermoorden maar Magda had daar een stokje voor gestoken. Devroe was gewoon weggestapd want hij had het pak van de nachtbewaker aan maar Feremans had dat opgemerkt en had hem opgepakt, wel pas na een hevig gevecht. Lejeune was opgepakt, Devroe was ook opgepakt maar wou niks zeggen, Helmont is dood net zoals Michiels. De enige die ze missen in dit verhaal is de klant.

Het laatste stukje van de puzzel

De ochtend nadat André De Groof was opgepakt had Porximus de gsm van Sonja opgespoord en de gps leidde Feremans en Vercammen nabij het Zoniënwoud. De herdershonden hadden haar al snel gevonden. Ze was begraven in een geruit deken. Achteraf kwam het uit dat het deken van bij André thuis kwam, maar toen kwam André met een vreemd voorval. Een man, rond de vijftig, was komen aankloppen de ochtend van het voorval.

Iedereen schoot in actie, nadat Willems een robotfoto had gemaakt van de beschrijving van André De Groof ging het snel. André had bevestigd dat Hubert Devroe aan zijn deur was geweest en naar Sonja had gevraagd. Direct nadat ik een spoedvergadering had bijeengeroepen kreeg ik het nieuws dat Inge Peeters een dag ervoor een klacht had ingediend tegen De Zwaluwen. Ik stuurde er twee teams op uit één om Hubert Devroe te schaduwen want eigenlijk hadden we nog geen aanklacht tegen hem. Het tweede team stuurde ik naar De Zwaluwen voor verdere informatie of iemand Sonja of Marita herkend en om Helmont, de directeur, op te pakken. Ikzelf ging mee naar De Zwaluwen.

Na een paar uur wachten in de auto keek Vercammen verveeld op naar Feremans die voor de zoveelste keer door een verekijker keek naar het raam van Devroe. Toen er plots beweging kwam van een rode Toyota aan de overkant van de straat. Een atletische man stapte uit de auto en liep richting het huis van de verdachte. Hij keek een paar keer rond en klom over het hek. Vercammen wou direct in actie schieten maar Feremans hield hem tegen, hij zei dat ze alleen Devroe moesten schaduwen en geen actie ondernemen tot er iets was om het in de boeien te slagen. Nog geen vijf minuten later reed Hubert Devroe uit de garage met een zwarte bmw. Vercammen riep in de walkie-talkie aan zijn collega's dat ze de auto moesten achtervolgen. Toen kwam de atletische man ook buiten en zijn kraag zakte af, Vercammen verstijfde helemaal! 'Het is hem, de man die mij knock-out geslagen heeft!' riep hij tegen Feremans. Feremans kwam meteen in actie hij riep in de walkie-talkie:' Volg ook de rode Toyota met nummerplaat prb635!' Hij zocht op zijn computer en vond de gegevens bij een verhuurbedrijf, de auto stond op de naam Simon Waals. Hij belde naar de commissaris en zei dat ze meteen moesten binnenvallen in het appartement van Simon Waals en zette toen de achtervolging in.

Marita De Groof

Vercammen belde mij met het bericht dat er in het ziekenhuis een meisje was opgenomen dat naakt op de pechstrook van de autosnelweg liep met alleen een deken om haar heen. Ik ben direct naar het ziekenhuis gegaan en daar heeft Magda, een verpleegster, mij verteld dat ze hard getraumatiseerd is. Ze reageerde ook geschokt als ze het opsporingsbericht had gezien van het meisje dat we gevonden hebben. Het besluit was duidelijk zij was ook één van de meisjes misbruikt door dezelfde persoon.Ondertussen mocht Vercammen uit het ziekenhuis en hebben ze de gegevens gevonden van de persoon die Vercammen heeft aangevallen, Philippe Lejeune.

In Rotterdam kwam Cel 5 ter plaatsen er is een oud leegstaand gebouw afgebrand, de oorzaak is nog niet gekend. Ik ben gaan kijken en in het middenplein stond er een stalen gebouw zonder ramen, het staal was een klein beetje vervormd door de hitte. In het gebouw lag een elektrisch deken met een kapotte batterij ernaast. Safia was staaltjes aan het nemen van het beton en kwam naar mij toegelopen. We keken elkaar eens aan en zei toen tegen haar: ' Zou jij staaltjes kunnen nemen van het elektrisch deken om te zien of deze kamer iets te maken heeft met onze zaak?' Ze deed het meteen en gaf toen de opdracht aan Ferremans om de dokter te bellen of het kan dat het meisje dat we gevonden hebben verkoold kan zijn geraakt door het elektrische deken. Na een paar minuten kwam hij terug en had goed nieuws, de dokter zei dat het heel goed mogelijk is dat het meisje zo verwond is geraakt. Een nieuw spoor dacht ik.

Sofia De Groof was de moeder van het half verkoolde kind dat ze hadden gevonden in de koffer van Jozef Michiels. Haar naam was Marita De Groof. André De Groof, Sofia haar broer, had gebeld omdat zijn zus vermist was. Ferremans was gaan praten met André, hij zei dat hij zijn zus niet meer gezien had en dat ze niet bij hem geweest was hoewel haar regenjas in zijn appartement lag. Ferremans had mij gebeld om een huiszoeking aan te vragen voor André want Ferremans had het vermoeden dat André een druggebruiker was. Ik had een keer boos gevloekt maar toch gedaan wat hij gevraagd had en inderdaad Ferremans had een groot zakje heroïne gevonden. Genoeg om hem op te pakken en hem te ondervragen.

Ferremans vroeg aan André of hij zijn petekind nog gezien had of hij wist wat er mee gebeurt was. Hij antwoordde dat Marita in een kindertehuis was omdat Sofia heel neig verslaafd was aan de drugs. André staarde wat voor zich uit toen Ferremans hem drie keer had gevraagd hoe het tehuis noemde. André antwoordde traag en stotterend, hij krabde aan zijn gezwollen blauwe plekken aan zijn aders. Hij zei dat hij het niet meer wist, hij kost zich plots niks meer herinneren. Ik kwam binnen en overlegde met Ferremans toen André plots iets zei over vogels. De naam van het tehuis had iets te maken met vogels. Ferremans pakte snel zijn laptop ging naar de site De Gouden Gids en tikte in 'tehuis'. Zijn ogen sperde zich open en hij zei: 'Het tehuis heet Zwaluwen!' Hij belde naar Zwaluwen en er pakte een secretaresse op zij verbindde hem door naar de directeur, Helmont. Na een paar minuten stak hij zijn gsm weg en zei dat Helmont de naam Marita De Groof nog nooit had gehoord. Ik zei tegen hem dat Sofia inderdaad drie keer was opgepakt en dat de jeugdrechter Marita naar een tehuis had gestuurd. We kunnen achterhalen naar welk tehuis.

Verder onderzoek

Zaterdag 8.05am

Ik vertrok zaterdagochtend met haast toen mijn dochter me haastig nog een kus gaf en me succes wenste. Waarom heb ik toch zo'n druk leven dacht ik toen ik in mijn auto stapte. Safia was al druk bezig met het onderzoek van de auto van Michiels. Ze keek onderzoekend naar een haar en wenkte mij toen ik er bij kwam staan. Ze was een aanwinst voor cel 5, altijd oplettend. Ik liep door naar mijn kantoor en Vercammen  kwam bij me binnen en zei: ' Vandaag gaan Ferremans en ik het appartement van Michiels doorzoeken gaat u mee?' 'Nee,' zei ik,' ik moet hier nog wat andere zaken doen.' Toen Vercammen en Ferremans aankwamen bij het appartement was het politielint doorgeknipt, bijna onopvallend een gewone politieagent zou het niet gezien hebben. Ferremans nam zijn pistool in de aanslag en zei tegen Vercammen dat hij naar beneden moest gaan en kijken ofdat er iemand uit het appartement kwam. Ferremans deed rustig de deur open en hij zag nog net iemand uit het raam klimmen. Vercammen zag dat er iemand van de brandtrap kwam afgelopen en hoorde Ferremans schreeuwen door het raam. Hij ging er achteraan maar ging  voorzichtiger lopen toen de dader achter een hoek gegaan was. Voorzichtig met zijn geweer stevig in de hand geklemd keek hij achter de hoek. Toen werd alles zwart.

Zaterdag 9.25pm

In het ziekenhuis kwam een ambulance toe met een meisje van een jaar of negen, gevonden op de autosnelweg helemaal verkleund van de kou en ondervoed. Ze moest door de hel gegaan zijn en terug dacht Magda. Ze begon te spartelen op de brancard en ze kreeg schuim rond haar mondhoeken. ' Shock ze gaat in shock!', riep verpleegster Magda. Alles stond al klaar om haar te operen.

Zaterdag 10.45pm

Magda werd rustiger omdat het meisje uit levensgevaar was, ze vroeg aan de dokter:' Hebt u de politie al gebeld?' De dokter antwoordde nerveus: ' Ja ik heb ze al gebeld, hier is hun nummer voor als ze begint te praten. Nu moet ik echt weg!' Magda begon rustig over het hoofdje te wrijven van het kind, ze sliep.

Het ongeval

Voorstelling ik-personage:

Ik ben Fernand De Decker tweeënvijftig en  speciaal commissaris. Mijn gezin bestaat uit mijn vrouw, mijn dochter en ik. Ik werd opgeroepen omdat er bij een ongeval een lijk van een kind gevonden werd. Daarom hebben we, minister Vanbeneden en ik, Cel 5 opgesteld. Cel 5 bestaat uit agenten die geen gezin hebben en ik.

Het ongeval:

Jozef Michiels, een alleenstaande man, omvergereden van vrijdagavond op zaterdag door een dronken chauffeur. Ik was juist iets aan het eten met minister Vanbeneden toen ze me op mijn gsm opbelden dat er een dodelijk ongeval was geweest. Ik verontschuldig mij bij de minister en haast me zo snel ik kan naar de plaats delict. Als ik aankom is alles al afgespannen met lint en zijn ze de dronken chauffeur al aan het ondervragen. Ward Feremans, federale politie, kwam aangestapd en gaf een verslag van hoe de dronken chauffeur er aan toe was en wat zijn verklaring was. " Je kan de man niet deftig ondervragen", zei hij, "die man is stomdronken." "Oke weten jullie al hoe Michiels zomaar op de weg is beland?" vroeg ik. " Michiels heeft een ongeluk gehad met zijn auto die een beetje verderop in een achtertuin van de residentiële villa's ligt, hij was waarschijnlijk hulp aan het zoeken maar door de klap van de mercedes was hij op slag dood." Ik ging op weg naar de auto maar toen ik daar aankwam stond iedereen verbaasd te kijken naar een wit laken in de auto, een lijk. Ward en Jonas Vercammen, een jonge aantrekkelijke dertiger, waren er ook bij komen staan. Ward tilde het tipje van het witte laken op en iedereen schrok en stond er ingehouden adem toe te kijken. Het was een lijk van een kind. Een kind van hooguit zeven met aan de ene helft van haar lichaam afschuwelijke brandwonden. Vier, nu zijn er vier onopgeloste kindermoorden.

Samenvatting - Weerloos(Deflo)

Samenvatting:

In de Amazonendreef, een slecht verlichte, met knotwilgen omzoomde weg, verliest Jozef Michiels de conrole over het stuur. Midden in het Terkamerenbos duikt zijn Toyota de berm in. Hij gaat op zoek naar hulp maar wordt aangereden door een dronken chauffeur en sterft ter plekke. Als de auto wordt opgetakeld, doet de politie een lugubere ontdekking. Speciaal commissaris Fernand De Decker wordt opgeroepen. Hij haast zich naar de onheilsplek, waar hij beseft dat Cel 5, in het leven geroepen om de 'vergeten kinderdossiers' van onder het stof te halen, wordt voorbijgesneld door het heden. Het is het startschot van een waanzinnige race tegen de tijd. Was Jozef Michiels een ontredderde pedofiel? Of slechts een klein radertje in een machtige organisatie? Geleidelijk aan komt de afschuwelijke waarheid aan het licht, en neemt ook de druk toe.
De dramatische kracht van het verhaal schuilt niet alleen in het hoge realiteitsgehalte van de misdaden, maar ook in de emotionele weerslag ervan op de hoofdpersonages.


Auteur: Deflo
Uitgever: Manteau
Aantal pagina's:  332